De Promotie Die Mijn Gezin Brak: Het Verhaal van Marloes van Dijk

‘Marloes, denk je nou echt dat je alles kunt hebben?’ De stem van mijn man, Jeroen, trilt van woede. Ik sta in de keuken, mijn handen om een kop koffie geklemd, terwijl de regen tegen het raam tikt. Mijn dochtertje Noor zit boven, waarschijnlijk met haar handen over haar oren.

‘Jeroen, ik doe dit voor ons. Voor Noor. Voor onze toekomst,’ fluister ik, maar mijn woorden klinken hol, zelfs voor mezelf.

Hij lacht schamper. ‘Voor ons? Of voor jezelf? Je bent de laatste maanden alleen maar bezig met die promotie. Je bent er nooit meer voor ons.’

Zijn woorden snijden dieper dan ik wil toegeven. Ik weet dat hij gelijk heeft. Sinds de vacature voor teamleider bij Van der Linden & Partners openstond, ben ik veranderd. Ik werk overuren, neem werk mee naar huis en ben zelfs in het weekend bereikbaar voor mijn baas, meneer De Vries. Mijn moeder zei altijd: ‘Marloes, wees ambitieus, maar vergeet niet wie je bent.’ Maar wie ben ik nog?

De eerste keer dat ik het gevoel had dat ik echt iets betekende op kantoor, was toen De Vries me vroeg om een belangrijk project te leiden. ‘Jij hebt het in je, Marloes,’ zei hij. ‘Maar je moet wel laten zien dat je het aankunt.’

Vanaf dat moment draaide alles om presteren. Ik begon collega’s te wantrouwen, vooral Sanne, die altijd net iets te vriendelijk lachte en me uitnodigde voor koffie om zogenaamd “te sparren”. Maar ik wist wel beter; ze wilde dezelfde promotie als ik.

Thuis werd het steeds stiller. Jeroen probeerde me te bereiken, maar ik was er niet meer. Noor vroeg steeds vaker: ‘Mama, kom je mee naar mijn balletvoorstelling?’ En telkens weer zei ik: ‘Sorry schatje, mama moet werken.’

Op een avond kwam ik laat thuis. De lichten waren uit, behalve in de woonkamer waar Jeroen op de bank zat met zijn hoofd in zijn handen. ‘Weet je nog hoe gelukkig we waren toen Noor werd geboren?’ vroeg hij zonder op te kijken.

Ik slikte. ‘Ja, natuurlijk weet ik dat.’

‘Waar is die vrouw gebleven?’

Ik wist het niet meer.

Op kantoor werd de sfeer grimmiger. Sanne had een fout ontdekt in mijn rapport en bracht het subtiel ter sprake tijdens een teamoverleg. ‘Misschien moeten we even dubbelchecken of alles klopt,’ zei ze met haar zoete stem.

Ik voelde mijn wangen gloeien van schaamte en woede. Na afloop trok ik haar apart. ‘Wat was dat nou?’ siste ik.

Ze haalde haar schouders op. ‘Het is gewoon werk, Marloes. We willen allemaal het beste voor het bedrijf.’

Maar ik wist dat het meer was dan dat. Het was oorlog.

De weken daarna sliep ik nauwelijks. Jeroen sliep op de logeerkamer en Noor werd stiller. Mijn moeder belde vaker: ‘Lieve schat, je klinkt zo moe. Kom eens langs voor een kopje thee.’ Maar ik had geen tijd.

Toen kwam de dag van het beoordelingsgesprek. Mijn hart bonsde in mijn borst toen De Vries me binnenriep.

‘Marloes, je hebt keihard gewerkt,’ begon hij. ‘Maar er zijn zorgen over je samenwerking met collega’s.’

Ik voelde de grond onder mijn voeten wegzakken.

‘Sanne heeft laten zien dat ze goed kan samenwerken en mensen meekrijgt,’ vervolgde hij.

‘Dus… krijg ik de promotie niet?’ vroeg ik met een stem die nauwelijks hoorbaar was.

Hij keek me aan met een mengeling van medelijden en zakelijkheid. ‘We hebben gekozen voor Sanne.’

Ik stond op automatische piloot op, bedankte hem en liep naar buiten. Mijn wereld stortte in.

Thuis vond ik Jeroen in de keuken. Hij keek op toen hij me zag.

‘En?’ vroeg hij zacht.

Ik schudde mijn hoofd en barstte in tranen uit.

Hij sloeg zijn armen om me heen, maar het voelde vreemd, alsof we elkaar niet meer kenden.

De dagen daarna probeerde ik alles goed te maken. Ik nam vrij om Noor naar school te brengen, kookte Jeroens lievelingseten en ging eindelijk bij mijn moeder langs voor thee.

Maar de afstand bleef.

Op een avond zat ik met Noor op bed. Ze keek me aan met grote ogen. ‘Mama, ga je weer veel werken?’

Ik slikte en schudde mijn hoofd. ‘Nee lieverd, mama blijft bij jou.’

Ze glimlachte voorzichtig en kroop tegen me aan.

Jeroen en ik gingen in relatietherapie, maar het vertrouwen was beschadigd. Hij zei: ‘Ik weet niet of we dit nog kunnen herstellen.’

Soms vraag ik me af: Had ik anders moeten kiezen? Was mijn ambitie het waard om alles wat me lief was op het spel te zetten? Of is dit gewoon de prijs die je betaalt als je als vrouw in Nederland carrière wilt maken?

Wat denken jullie? Is succes echt succes als je er alles voor moet opofferen?