Tussen vier muren: Wanneer het hart verscheurd raakt
‘Waarom moet ze altijd op de meest onmogelijke momenten voor de deur staan, Anne?’ Bastiaan’s stem trilde van irritatie terwijl hij de voordeur dicht hield. Buiten sloeg de regen tegen de ramen, en in de hal stond ik, met mijn jas half aan, tussen twee werelden. Achter het glas stond Marieke, mijn beste vriendin sinds de basisschool, haar haar nat en haar ogen rood van het huilen.
‘Bastiaan, alsjeblieft, laat haar binnen. Ze heeft me nodig,’ fluisterde ik, terwijl ik probeerde zijn blik te vangen. Maar hij keek weg, zijn kaken gespannen. ‘Het is altijd hetzelfde met haar. Altijd drama, altijd problemen. Dit is óns huis, Anne. Ik wil rust.’
Mijn hart bonsde in mijn borst. Marieke’s blik smeekte me om hulp, maar Bastiaan’s woorden sneden diep. Ik wist dat hij moe was van haar onverwachte bezoekjes, haar eindeloze verhalen over haar scheiding, haar schulden, haar eenzaamheid. Maar ik kon haar toch niet buiten laten staan in deze storm?
‘Ik ga haar niet laten staan, Bastiaan. Niet vannacht.’ Mijn stem klonk vastberadener dan ik me voelde. Ik duwde zachtjes tegen zijn arm en opende de deur. Marieke stortte zich bijna in mijn armen.
‘Dank je… dank je…’ snikte ze. Haar hele lichaam schokte van het huilen.
Bastiaan liep zonder iets te zeggen naar de woonkamer. Ik hoorde hoe hij de televisie harder zette. Marieke en ik gingen naar de keuken. Ze plofte op een stoel en begon te praten, woorden die over elkaar heen buitelden: ‘Hij heeft me eruit gezet… alles kwijt… nergens heen…’
Ik zette thee en luisterde, probeerde haar te troosten, maar voelde Bastiaan’s afkeuring als een koude wind door het huis trekken. Toen Marieke eindelijk wat rustiger werd en ik haar een logeerbed aanbood, kwam Bastiaan binnen.
‘Hoe lang blijft ze deze keer?’ vroeg hij kil.
‘Tot ze iets gevonden heeft,’ antwoordde ik zacht.
‘Dat zei je vorige keer ook.’
Die nacht lag ik wakker naast Bastiaan, die zich met zijn rug naar me toe had gedraaid. Ik hoorde Marieke zachtjes huilen in de logeerkamer. Mijn hoofd tolde van schuldgevoel en woede. Waarom moest ik altijd kiezen? Waarom kon Bastiaan niet begrijpen dat Marieke als familie voor me was?
De dagen daarna werd het huis steeds kouder. Bastiaan sprak nauwelijks tegen me. Marieke probeerde zich onzichtbaar te maken, maar haar aanwezigheid hing als een schaduw over alles wat we deden. Op een avond barstte Bastiaan los tijdens het eten.
‘Dit kan zo niet langer! Jij kiest altijd voor haar! Wanneer kies je eens voor ons?’
Marieke keek beschaamd naar haar bord. Ik voelde tranen branden achter mijn ogen.
‘Ze heeft niemand anders, Bas…’
‘Misschien is daar een reden voor,’ beet hij toe.
Marieke stond op en liep zonder iets te zeggen naar boven. Ik bleef achter met Bastiaan.
‘Je weet niet wat er allemaal speelt,’ zei ik zacht.
‘Nee, want jij vertelt me nooit iets! Je vertrouwt haar meer dan mij.’
Zijn woorden raakten me dieper dan ik wilde toegeven. Was dat zo? Vertrouwde ik Marieke meer dan mijn eigen man? Of was het gewoon dat zij er altijd was geweest, ook toen mijn moeder overleed, toen Bastiaan en ik uit elkaar dreigden te gaan na die miskraam?
Die nacht besloot ik met Marieke te praten. In het schemerlicht van de logeerkamer zat ze op het bed, haar knieën opgetrokken.
‘Misschien moet ik toch maar gaan,’ fluisterde ze.
‘Waarheen dan?’ vroeg ik.
Ze haalde haar schouders op. ‘Desnoods naar een opvang.’
‘Dat laat ik niet gebeuren.’
Ze keek me aan met die blik die alles zei: dankbaarheid, schaamte, wanhoop.
De volgende ochtend vond ik Bastiaan in de tuin, starend naar de grijze lucht.
‘We moeten praten,’ zei ik.
Hij knikte zonder me aan te kijken.
‘Ik weet dat het moeilijk is voor je. Maar Marieke is als een zus voor me. Ze heeft niemand anders.’
Hij zuchtte diep. ‘En wij dan? Jij en ik? Wanneer zijn wij weer belangrijk?’
Ik wist geen antwoord.
De weken sleepten zich voort. Marieke vond uiteindelijk een kamer via een kennis van mij uit de yoga-klas. De avond voordat ze vertrok, zaten we samen op het balkon met een glas wijn.
‘Sorry dat ik tussen jullie in ben gekomen,’ zei ze zacht.
‘Jij bent niet het probleem,’ zei ik. Maar diep vanbinnen wist ik dat er meer speelde. Bastiaan en ik waren elkaar al langer kwijt dan ik wilde toegeven.
Toen Marieke vertrok, voelde het huis leeg aan – maar ook opgelucht. Bastiaan en ik probeerden de draad weer op te pakken, maar er bleef iets tussen ons hangen wat niet uitgesproken werd.
Op een avond zat ik alleen aan tafel toen Bastiaan thuiskwam van zijn werk.
‘Weet je nog,’ begon hij aarzelend, ‘toen we samen naar Texel gingen? Alles was toen zo simpel.’
Ik glimlachte flauwtjes. ‘Ja…’
Hij ging tegenover me zitten en pakte mijn hand vast.
‘Kunnen we terug? Of is er teveel gebeurd?’
Ik wist het niet. Soms lijkt liefde eenvoudig, tot het leven ertussen komt met zijn scherpe randen en onverwachte stormen.
Nu, maanden later, denk ik nog vaak terug aan die nacht vol regen en tranen. Heb ik het juiste gedaan door voor Marieke te kiezen? Of heb ik iets onherstelbaars kapotgemaakt tussen Bastiaan en mij?
Wat zou jij doen als je moest kiezen tussen familie en vriendschap? Kan je hart ooit echt verdeeld zijn – of is kiezen altijd verliezen?